EDG-leger samenstelling

Wanneer we kijken naar Trumps’ optreden tot op heden, dan lijkt zijn benadering van geopolitieke verhoudingen nog steeds die van een projectontwikkelaar in onroerende goederen waarbij geen marktprijs exact is vast te stellen en wat de gek er voor geeft ook de maatstaf blijkt. En als Merz dan uiteindelijk in de slotfase van de NAVO-top uit doet komen dat Europa een alternatief heeft in een EDG-leger buiten de NAVO om, zal dat Trump wellicht tot matiging kunnen bewegen. Het vereist van Merz veel, reeds omdat ook hij te kampen heeft met Duitslands verleden op het gebied van de krijgskunde en de wetten en gebruiken de Landoorlog betreffende, zoals geformuleerd in het Landoorlogreglement 1907. Het Landoorlogreglement, voluit:  Reglement betreffende de wetten en gebruiken van den oorlog te land, (officiële Franse titel Règlement concernant les lois et coutumes de la guerre sur terre, gebruikelijker is de Engelse vertaling Regulations concerning the Laws and Customs of War on Land is een in 1899 tijdens de Haagse Vredesconferenties tot stand gekomen, en in 1907 herziene, codificatie en formulering van internationaal humanitair recht. Het reglement wordt internationaal vaak afgekort als HagueReg; in het Nederlands staat het ook bekend als de ‘Haagse conventies’.

Het reglement maakte deel uit van de Tweede Conventie van 1899 en de Vierde Conventie van 1907 en had tot doel om de wetten en gebruiken van de oorlog te codificeren, nadat een eerdere poging in Brussel mislukt was (1874). Het reglement geeft de rechten en plichten van oorlogvoerende partijen weer. Het reglement bevat regels die nog steeds actueel zijn. Het Statuut van Rome betreffende het Internationale Permanente Strafhof verwijst er voortdurend naar. Zo staan de belangrijkste regels met betrekking tot het bestuur van bezette gebieden in het reglement. Maar ook de regels met betrekking tot de methoden van oorlogsvoering, spionnen, de vlag van onderhandelingen en op wapenstilstanden zijn nog immer relevant. Daarnaast bepaalt het reglement wie de status van combattant toekomt en dus bepaalde privileges in en bescherming van het recht krijgt, bijvoorbeeld als krijgsgevangene. Deze en sommige andere bepalingen worden intussen ook geregeld in het Eerste Aanvullend Protocol bij de Conventies van Genève, ook wel de Rode Kruis-Conventies. Over de positie van burgers in bezette landen bevat het reglement onder meer in art. 44, dat deze niet mogen worden gedwongen deel te nemen aan krijgsverrichtingen tegen het eigen land, bijvoorbeeld als gids of spion. In de Tweede Wereldoorlog bezette nazi-Duitsland bijna heel West-Europa. En aan dat Reglement hield het zich niet. Nederland weet er, als langdurig bezet land, alles van. Maar Tsjecho-Slowakije, Memelland en Polen óók. Sedert Polens militaire capitulatie in 1939 heeft Duitsland daar betrekkelijk nog het wreedst huisgehouden.

Dat zijn de Polen echt niet vergeten. De Duitsers beschouwden hen als Slaven en behandelden hen als Untermenschen. Dat EDG-leger zal echter niets kunnen worden als de Poolse divisies er niet in toe treden en erin volledig integreren. Het Poolse Leger stelt op dit moment binnen de Unie verhoudingsgewijs heel wat voor. Het ligt alleen wat meer westwaarts dan in Versailles in 1919 geprojecteerd. Van beide zijden zal er dus veel geaccommodeerd moeten worden op hoger stafniveau. Daarin zullen Poolse opperofficieren  dus hun plaats moeten hebben. Het zal slikken zijn voor de Polen die nog steeds veel last hebben van hun in de bezettingsjaren opgelopen traumata. Het is ondenkbaar dat Berlijn zich dat niet zou realiseren. Heeft Merz echter Warschau mee, dan is Parijs redelijk afgeserveerd, al zal het blijven mokken.

Op die basis kan het EDG-leger best snel operationeel zijn als militaire organisatie die slagvaardig kan opereren binnen tien jaar. Met de Fransen in het oppercommando daarvan zie ik dat niet direct voor me. En Nederland zal zich moeten opstellen als bescheiden contributeur. Met zijn twee parate brigades zal het dat ook moeten. En het blijft zaak dat EDG-Leger voor te stellen als een strijdmacht die niet alleen is opgericht om Putin en zijn camarilla te bezweren. Maar als een doorzettingsmacht die de Europese Gemeenschap op de kaart plaatst als mogendheid die militair van zich af kan bijten, tegen iedere acute dreiging van agressie, wáár die ook voorbereid of ontwikkeld wordt. En juist daarin heeft Den Haag vele steken laten vallen, in de behoefte Ruttes Transatlantische kippendriften te blijven volgen. Dat Rutte deze driften ontwikkelde en uitdroeg gewaagt van zijn obsessie om die baan van Hoofdadministrateur van de NAVO te worden te pakken te krijgen. Men kon van deze persoon niet anders verwachten. Hij solliciteerde al bij Biden, hunkerend en heilbegerend. En dat Trump hem dát niet euvel duidde strekt tot verwondering en noodt tot kritische reflectie.