Uit de zorg III

Uit de aard van de zoëven geciteerde briefmail kan men geredelijk afleiden dat een groot deel van de medische zorg in Nederland nu belegd is bij personen die de Nederlandse taal niet of onvoldoende machtig zijn. Van verpleegkundigen tot en met artsen. Ook hier bemerkt men dus een aanmerkelijke kanteling in de demografische opbouw en samenstelling van de steeds meer vergrijzende bevolking in dit lage land die steeds vaker, steeds langer en intenser op deze zorg in haar verschillende varianten en modaliteiten aangewezen is. Dat was mij aanstonds duidelijk in het ziekenhuis Sint Antoniushove te Leidschendam.

En al helemaal tijdens het operatieve nazorgtraject. Deze personen vertonen overigens een betrokkenheid en inzet bij de patiënten of cliënten die in veel opzichten die van de Nederlanders overtreft. Laat daar geen misverstand over bestaan. Maar toch baart deze ontwikkeling zorg reeds omdat de technische taal die bij hun zorg kennelijk onontbeerlijk is voor Nederlanders die een zekere taalvaardigheid hebben ontwikkeld in de sprake die ons in deze moerasdelta moet verbinden buitengewoon ingewikkeld is. Dat merkte ik al bij het inloggen in het operatieve voortraject bij het Leids Universitair Medisch Centrum.

Bij het beroeren van de symbolen die wijzen op de specialisatie waarvan men gebruik wenst te maken in de centrale inkomsthal van dit fabrieksmatige complex krijgt men vragen en optiemogelijkheden voorgelegd die zijn geredigeerd in dat jargon en tevens uitgaan van impliciete vooronderstellingen die alleen voor experts vanzelfsprekend zijn. Het is echt niet iedereen duidelijk wat poliklinische chirurgie voor reikwijdte heeft en evenmin welke implicaties de term ambulante zorg ontplooit. Is men eenmaal in het systeem aanvaard, dan kan men op de gespecialiseerde afdelingen weer meldpalen aantreffen die in dat onovertrefbaar jargon alweer subspecialisaties kennen, waaruit men heeft te kiezen.

De bijsluiters bij te hanteren medische gerieven, ondersteuningsmiddelen zoals corsetten, reinigingsmiddelen, onderleggers en draagriemen zijn uiterst juridisch geformuleerd. Ze hebben overduidelijk ten doel de civielrechtelijke beroeps- en productsaansprakelijkheden te minimaliseren, vertel mij wat. Maar ook deze allochtone verpleegkundigen, zeer van goede wil en zelfs leergierig, kunnen er onmogelijk mee uit de voeten en staan onderling te twisten wat er nu allemaal wel of niet mee bedoeld wordt.  En je ziet dat de multiculturele maakbare wereld waarin de sociaal-democraten sedert de zeventiger jaren bleven geloven niet anders is geweest dan een dogma uit een hoogscholastieke wereldvreemde wereld.

Maar het zijn vaak de kwetsbaren die daarvoor nu het gelag betalen. Dat zijn de Ukraïnsche verpleegster die geen moeite te veel is, maar echt de documenten bij de instructies niet kan begrijpen, de Turkse die daarenboven ook nog aan het strikte tijdsschema moet gehoorzamen waarbinnen ze de thuisbehandeling moeten afsluiten, waardoor de patiënt genoodzaakt is het zwijgen te bewaren en de coördinatrice aan het thuisfront, die rekenschap moet geven van de vertragingen. Die niet gevreten worden door de bejaarde klanten die al uren zaten te wachten. Juist omdat ze niets beters te doen hadden.