Defectuus translatio imperii IV

Voor Westelijk Europa werd het optreden van de monniken vanuit Ierland bij de bestendiging van de greep van de Franken en de Germanen op het Avondland beslissend. Het gaat om twee kloosterordes die zich in Ierland groot aanzien hadden verworven. De Benedictijnen en de Augustijnen. Zij waren met machtiging van de persoon die zich ná 550 ook wel Paus noemde vertrokken vanuit Italië. Zij zagen het Vijfde rijk langzaam maar zeker in elkaar storten. Onherroepelijk, onontkoombaar. Door de fouten van de politieke elite uit dat rijk te Rome.

Deze elite zag ook wel die implosie aankomen. Maar, beducht voor eigen behoud naar posities en privileges, waren ze voornamelijk bezig met het consolideren van de eigen familiedynastieën waaruit ze voortgekomen waren. Landsbelang, nationale welvaart, vrijhandel in het rijk, rechtszekerheid, dat interesseerde deze elite geen moer. Zelfbehoud ten koste van wat dan ook, eventueel via hoog- en landverraad, collaboratie met invallende barbaren, dat maakte niets uit.

Dat zagen de Pausen ook in en zij voelden ook de grond onder hun voeten beven. Daarom stuurden ze twee zeer gedisciplineerde Ordes uit ter verspreiding van het christelijk geloof naar het mistige eilandenrijk waarover met name keizer Hadrianus veel had gerapporteerd bij zijn verkenningstochten naar het noorden, met name over de mogelijkheid om achter de Muur van Hadrianus een soort redoute aan te brengen voor de keizers uit dat Vijfde rijk die zich daar dan zouden handhaven.

De Benedictijnen legden zich voorshands toe op agrarische expertise: dijkages, polderingen en sedentaire landbouw, de Augustijnen op onderwijs, godsdienstverspreiding en liefdewerk tot maatschappelijk hulpbetoon. Maar dat alles om in Ierland eventueel voor Paus en Kerk de translatio imperii voor te bereiden die in Italië wegens burgeroorlogen niet tot voltooiing had kunnen komen. Dat had Gregorius de Grote óók ingezien. Het Alleenzaligmakende Geloof zou uitgedragen moeten worden vanuit Ierland en Engeland via een oversteek over de Mare Germanicus, de Noordzee.