Asielfraude

De ineenstorting van het oostblok en van de Sovjet-Unie had voor Nederland onvoorziene geopolitieke gevolgen. Want de oostelijke binnengrenzen lagen nu open voor een enorme toevloed vreemdelingen, waarvan maar weinigen aannemelijk konden maken dat zij een concrete hoogstpersoonlijke vervolging te duchten hadden vanwege de overheid van hun land van herkomst. Wel was doorgaans duidelijk dat ze herkomstig waren uit regio waarin de economische infrastructuur was verstoord op zodanige manier dat een herstel ervan op middellange termijn illusoir was.

Voorheen had Nederland te maken gehad met vreemdelingen die een vluchtrelaas opdisten bij de grensbewakingsposten van de internationale binnenslands gelegen grenscontroles aan het einde van de transitruimtes aldaar. Zij waren op dat moment binnenslands doordat ze zichzelf toegang verschaft hadden tot Nederlands grondgebied.

Men moet hierbij, we schrijven 1990, vooral denken aan de luchthavens Schiphol en Zestienhoven, thans The Hague Airport geheten. Zij hadden zich steeds, meestal komend via Centraal Afrika, van alle documentatie ter identiteitsvaststelling ontdaan. Het vervoersbewijs, afgegeven door de luchtvaartmaatschappij die hun reis naar Nederland had verricht, hadden ze door de hogedruk-Wc’s weggespoeld voordat de gezagvoerder de uitgangen ter debarkering had vrijgegeven vanuit de cockpit.

En verder, op deze risicodragende vluchten vanuit Afrika, hadden ze allemaal opvallend gelijke vluchtrelazen paraat bij de eerste praaiing door de Koninklijke Marechaussee. Meestal bij de grenscontrole, maar soms ook in de transitruimte zelf waar zij zich langdurig plachten op te houden, soms in druk gesprek met het thuisfront of met de mensensmokkelorganisatie van wier tussenkomst zij zich tegen hoge prijzen verzekerd meenden te hebben.

Deze verschaften gecyclostyleerde asielrelazen, tevoren uit het hoofd te leren en vervolgens ook weg te spoelen op genoemde wijze. De rechterlijke macht, in kort geding benaderd door de advocaten, kennelijk optredend voor non gouvernementele organisaties, reageerde op deze dagvaardingen van de staat als pleger van onrechtmatige daad jegens de vreemdeling bij het weigeren van verdere toegang bij de grensbewakingspost, besliste in deze jaren (1) dat het ophouden in de transitruimten van dergelijke vreemdelingen vrijheidsbeneming was zonder wettelijke grondslag (2) dat vreemdelingen mochten liegen bij het verschaffen van identiteit en vluchtrelaas (3) dat zij onbeperkt toegang behoorden te hebben tot de burgerlijke rechter wanneer zij de staat onrechtmatigheid verweten en (4) dat de overheid verplicht was hen op te vangen en te verzorgen op de humanitaire grondslag waaraan wettelijk toegelatenen hier te lande deelachtig waren en behoorden te zijn. Conform de minimum-standaarden van het Europees verdrag omtrent de Mensenrechten. Dat had mondiaal aantoonbaar aanzuigende werking op de toevloed vreemdelingen, die nog immenser werd toen deze vierslag waarborgen óók geprolongeerd werd voor de eigenmachtige toegangsverschaffing door illegalen via de binnengrenzen zoals gedefinieerd door de Uitvoeringsovereenkomst van Schengen van 1993 met de bijbehorende uitvoeringsarrangementen en richtlijnen vanwege de Europese Gemeenschap, de latere Unie. Dat wakkerde die aanzuigende werking grotelijks aan. En daartegen reageerde wetsontwerp 22735. /https://gerardstrijards.nl/grosheide/ tot en met https://gerardstrijards.nl/de-transterritoriale-verantwoordelijkheid-van-een-evrm-staat/ alsmede https://gerardstrijards.nl/illegalenvraagstuk en de daaropvolgende blogs in 2023.