God wil het

Bij ons thuis lazen we nog heel lang sterk verouderde jaargangen van De Engelbewaarder, Maandblad voor de Roomsch-Katholieke Jeugd, die mijn moeder zorgvuldig had weggedrukt uit de boedel van haar ouders, toen ze als gehuwde zelfstandig ging wonen. Haar kinderen lazen deze mufgeurende periodieken als ze de mazelen, roodvonk of de waterpokken hadden of een onverklaarbaar koortsje. Daarin speelden de Kruistochten een grote rol. In de feuilleton-serie Van Hoorige tot Vrije. Want de gelovige die aan die tochten deelnam kon daardoor bevrijd worden van zijn feodale lijfeigenschap jegens de graaf of de landheer, die ook vaak abt was.

Deze gewelddadige tochten gingen naar onbekende oorden om de heidenen te verslaan en het Heilig Land te bevrijden van de muzelmannen. Ze begonnen met de daverende kreet Dieu Le Veult. God wil het. Wat God wilde, waarom, en hoe dat precies was ingedaald, juist nu, in deze streek, stad of op dit landgoed, dat was nooit duidelijk. Zo was het met de diverse crises ook die werden ingeluid met de mededeling dat Brussel het wilde. Of Straatsburg. Of de OESO, de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling te Parijs. Zie bijvoorbeeld de stikstofcrisis die leidde tot de meststoffenwetgeving met draconische strafrechtelijke sancties. Maar ook de Collozza Crisis en de Securitel-affaire.

De lijst is inmiddels oneindig. Het collectief geheugen van de bevolking is kortstuikend van greep.  Steeds weer bleek dat de crisis ambtelijk was uitgevonden en bureaucratisch onbeheersbaar werd gemaakt. Want de Nitraat Richtlijn verplichtte echt niet tot het rigoureuze optreden dat Den Haag vervolgens stelselmatig – al dan niet op wettelijke grondslag — ontwikkelde en dat op de borging van zorgtaken van de staat verlammende uitwerking had. Ambtenaren zaten erachter, zoals destijds bisschoppen die ook weleens een kardinaalshoed wilden of althans prebenden die lucratief waren.

Maar omdat de volksvertegenwoordiging niet veel van het ambtelijk proza begreep, dat ze altijd te laat kreeg en dat ook nog eens verscheen in niet-hanteerbare afleveringen met excessief vage aanbevelingen, werd het gezond verstand van de burger die door de crisis of affaire getroffen heette te zijn afgerangeerd naar een zijspoor waar het tegen een stootblok stuk liep. Er kwam dan wederom, om uitstel te krijgen van de beleidsombuiging, een onderzoekscommissie die uiteindelijk besloot dat de beleidsvoorbereiding niet de toets van de kritiek kon doorstaan. Maar gevolgen had dat nooit. Ook niet bij ongehoord onrechtmatige nazinderende gevolgen. Den Haag, nietwaar?