Op basis van deze rondzendbrief kon Constantijn aardig wat macht naar zich toeschoffelen. Hij zal ervoor zorgen dat iedereen de Hoogste God mag dienen op de wijze die hem uitkomt. Wie dat dan is, die God, dat staat er niet bij. Maar laat dat maar aan Constantijn over: die organiseert een leerstellig concilie waarin een geloofsbelijdenis wordt gedefinieerd die het gezag van Constantijn sacrosanct maakt. Het concilie van Nicea van 325.
Als de christenheid dat gezag als onaantastbaar aanvaardt als van Gode gewild, mag die christenheid verder iedere religieuze vacua opvullen naar het uitkomt, mits dat maar geen directe staatkundige gevolgen heeft. Wie lastig is wordt van rechtswege geëxcommuniceerd. Zo sluiten dan kerk en wereldlijk gezag een verbond dat de Paus op den duur in staat stelt het Keizerschap te verenigen onder de tiara, de driekroon.
Dat kan hij op termijn doen in 457 want dan wordt de ambtsaanvaarding van de keizer afhankelijk van de instemming van de Paus, die de keizer moet zalven ter bevestiging van zijn sacramentele macht. Dat is dan Paus Leo I die hem dat flikt. Leo III herhaalt dat ineens in de kerstnacht van 800 ten aanzien van Karel de Grote, die even kwam kijken of Leo III niet bedreigd werd door de barbaren die Rome belegerden. Leo III gaf ineens de zalving aan de niets vermoedende Karel in het portico van de toenmalige sint Pieter.
Het vijfde rijk was nu gered. Niet voor duizend jaar. Maar wel weer voor een tijdje, tot aan 876, toen het verdelingsverdrag van Meersen werd uitgevoerd en Karels rijk, het imperium, in drie delen werd opgesplitst. Op basis van de schikkingen van die Paus. Het hield de chaos zoveel mogelijk buiten de deur en het kwam tijdelijk onrustig Europa ten goede.
En als de vorsten nu maar thuis gebleven waren, blij met hun legitieme porties uit de erfenis, dan hadden we er nu beter voorgestaan. Want deze translationes imperii voldeden echt wel. Aan de belastingplichtigen. Henk en Ingrid. Die altijd ieder gelag betalen. Zoals nu. En in de eeuwen der eeuwen.