Aanklachten bij het Internationale Permanente Strafhof tegen Russen

Langere tijd heeft hier hierboven besproken Internationale Strafhof (zie mijn blogs van 03/02/2022 tot en met 20/02/2022) niet echt heel veel te doen gehad. Dat wilde de eerste Openbare Aanklager Ocampo ook niet. Hij stemde zijn vervolgingsbeleid af met Washington. En concentreerde dat op Centraal Afrika. En wel inzonderheid op deelneming aan genocide op Afroïde stammen en bevolkingsgroepen. Het was hem te doen om de lagere militaire rangen, want laaghangend fruit plukt het makkelijkst. Uiteraard zag de Organisatie van Afrikaanse Staten daarin een geval van jurisdictionele discriminatie.


Zij meende dat elders ter wereld óók afgrijselijke misdaden werden begaan tegen het supranationale humanitaire recht. Waarom dáár niet de aandacht mede op gericht? Ben Souda, de opvolgster van Ocampo, kon daarin volgen en kondigde gerechtelijk vooronderzoek aan gericht tegen Israëlische militairen in de Gazastrook. Ze deed dat mede op aangeven van de Palestijnse Autoriteit, die weliswaar geen territoriale staatsvorm geniet maar wel geacht zou kunnen worden het Palestijnse Volk te dezen te vertegenwoordigen, al bezit de Autoriteit weinig dragende democratische legitimatie in dat opzicht. Ze kan eerder gelden als een administratieve beheersautoriteit zoals destijds de Volkenbondsmandatarissen tussen 1920-1936. Maar deze zaak kon zich niet goed doorontwikkelen.

Israël oordeelde het Strafhof nu vooralsdan onbevoegd: zij had nooit diens rechtsmacht willen erkennen, omdat al in 1998 de Verenigde Arabische Emiraten bij de eindacclamatie te Rome te kennen hadden gegeven het Hof in dit opzicht te zullen aanwenden tegen de Joodse pretenties in de Levant. Tot dat doel legden zij ook een interpretatieve verklaring van die strekking af. Daarom waren de merkwaardige aangiften tegen COVID-autogenocidi ineens weer een soort prijspakker in het najaar van 2021. Zie de hierboven geciteerde blogs. In ieder geval wekten zij een zekere aandacht voor de aan het Strafhof opgedragen rechtsmachtkring, al wilde de Nederlandse Publieke Oproepen er opvallenderwijs geen aandacht aan besteden.


Nadat de Russische Federatie echter op 24 februari 2022 tegen de redelijke verwachtingen in de Ukraïne binnen viel en burgerdoelen massaal, massief en non-discriminatoir begon te bombarderen, publieke drinkwatervoorzieningen begon te vergiftigen, extern als zodanig kenbare civiele ziekenhuizen ging bestoken en burgervluchtelingen als gegijzelden voor zich uit scheen te drijven, terwijl zij krijgsgevangenen niet behandelde conform de minimum-standaardnormen voortvloeiend uit de vier Rode Kruisconventies van 1949 werd het druk bij de ontvangstbalie van het Paleis van Justitie aan de Van Alkemadelaan. De Assembly of State Parties gaf in overweging nader te bezien of wellicht van agressie sprake zou kunnen zijn in de zin van het Statuut van het Hof. Zesendertig staten schaarden zich achter geconcretiseerde aanklachten tegen de Federatie, regeringsleiders en militaire bevelhebbers uit deze groep, non-Gouvernementele Organisaties deden deze en dergeijke aangiften zelf en hekkensluiter bleek Japan, dat een nauwkeurige opsomming gaf van de verschillende misdrijven die inmiddels gaande waren, hun voltooiing naderden of in onvolkomen delictspatronen voorshands nog stokten.

Deze aangiften waren juridisch goed geformuleerd en konden zonder meer activiteit van de Aanklager a prima vista rechtvaardigen. Minister-president Rutte legde een op beelddrager opgenomen indringende regeringsverklaring af, waarin hij zich solidair verklaarde met het Ukraïnsche Volk. Naast hem, veelbetekenend, de Ukraïnsche nationale vlag.  Wij waren, zei de premier, één familie, gericht op de Europese cultuur, traditie en humaniteit. De Federatie was een vijand gebleken van de inmiddels geëvolueerde internationale rechtsorde die Nederland grondwettelijk had beloofd mede te ontwikkelen. Nederland heeft als gastland onvoorwaardelijke en gave neutraliteit beloofd in lopende rechtsgedingen bij het Strafhof. Wrikt hier niet iets?