Bánt u vernieuwd?

Koningin Wilhelmina, in 1944 te Londen verblijvend als staatshoofd-in-ballingschap, had geen idee wat er precies omging in bezet Nederland. Maar ze meende dat, wanneer Duitsland gecapituleerd had en de bezetting van Nederland zou zijn opgeheven, er staatkundig “nieuw leiderschap” zou kunnen worden ingevoerd. Nederland zou, als vernieuwd, herrijzen. Vernieuwd. Dat was het toverwoord. Dat is het bijna altijd. Nieuwe OMO, nieuw elan, nieuw levensgevoel, de nieuwe mens. De nieuwe wereld. Je moet het bijvoeglijk naamwoord niet vaak herhalen. Want dan wordt het betekenisloos. Wat dat “nieuwe” was, dat wist Wilhelmina zelf eigenlijk óók niet. Je moest haar er niet naar vragen.

Dan werd ze boos en bokkig. Dat kon ze heel goed. Dat had ze altijd gekund. Rancuneus, dat was het haar tekenend woord. Ze wist óók dat haar ministers in het oorlogskabinet-Gerbrandy niet vernieuwd waren. Dat waren ouwe kereltjes, die ze misprijzend “het stel” noemde. Daar moest ze vanaf, als ze terugkeerde, nu als regeringsleider, naar Nederland. Ze zou dan uit haar heldenvolk dat collectief in het verzet had gezeten haar nieuwe bewindspersonen kiezen. Want ze wilde zelf echt regeren op autoritaire wijze. De bezem erdoor. Zijzelf als hoofd van de regeringsraad en daarnaast vernieuwde eerste klas vaklieden. Dan kon ze regeren op brede basis zonder achterkamertjes.

Daarom koos ze een eerlijke, oprechte en ferm uit de ogen kijkende landmeter als minister-president van haar koninklijk kabinet. Schermerhorn. Onbelast, onbesmet, nooit met de Duitsers handjeklap gespeeld, een echte vakman die je nieuwe straten, wegen en bruggen zág projecteren met een zuidwester op het hoofd. Ze zocht ook nog anderen, van datzelfde soort. Dan vroeg ze éérst aan de beoogde minister of hij wel vernieuwd was. En waar hij bij het verzet had gezeten. Dat maakte de aldus aangesprokene meteen onzeker, want wat vernieuwd was, dat wist hij eigenlijk niet. En doorgaans had hij zich zorgvuldig uit de wind gehouden voor de bezetter en braaf gedaan wat deze van hem verlangde.

Wilhelmina werd dan nijdig, als zo’n vent met draaiende ogen voor haar stond, schuifelend met de voeten. Ja, kijk eens hier, als hij niet wist wat vernieuwd was, dan kon ze hem niet gebruiken. Dat was toch duidelijk? Hij moest stomweg nooit hebben meegedaan aan de oude politiek! Dat was achterkamertjesgedoe geweest van benepen baantjesjagers. Zo werden velen die ter audiëntie te Londen werden ontboden weg gesnauwd. Waaronder, in eerste instantie, de kaalhoofdige Louis Beel. De hoofdambtenaar sociale aangelegenheden te Eindhoven die niet onder een burgemeester had willen functioneren die bij de Nationaalsocialistische Beweging behoorde. Beel had daarom zijn functie “ter beschikking” gesteld. De burgemeester had dat begrepen als een ontslagaanvrage.

Maar dat had Beel niet bedoeld. Wat dan wel, dat was Beel ook niet duidelijk. Maar hij was wel blij dat de koningin hem deswege als verzetsheld had ingeboekt en dat hij ministeriabel bleek te zijn.  Want dat werd Beel toch nog. Omdat Wilhelmina tot haar ergernis niet genoeg vernieuwden kon vinden. Er kwam een uitgemergeld vernieuwd kabinet. In ouderwetse vale pakken die slobberden. De hongerwinter, weet u wel?  Het noodkabinet Schermerhorn-Drees. De laatste omdat de Duitsers de ouwe socialist in gijzeling hadden gezet in kleinseminarie Beekvliet te Sint-Michielsgestel in Zuidoost Brabant. Daar had Drees het best gehad en veel cursussen kunnen lopen op volksuniversiteitsniveau.

Dit vernieuwde kabinet stortte Nederland in de ene crisis na het andere debacle. Zoals een rekolonisatie-oorlog in Indonesië. En het slaagde er maar niet in aansluiting te vinden bij de nieuwe Grootmacht, de Verenigde Staten van Noord-Amerika. Het viel terug op de oude confessionele politiek met veel gekonkel. In het onderwijs bijvoorbeeld, maar ook ten aanzien van de media. Destijds kranten en de radio. En het Angelus klepte al weer spoedig door de aether om twaalf uur als de Katholieke Radio-Omroep zendtijd had. En dominees kwam smartelijk spreken met galmende stem over God, Nederland en Oranje. En Gods Heilsbestemming met dit eigenaardige Lage-Landen volkje dat spoedig weer de kruidenier bleek te wezen die het voor de oorlog ook zo vakkundig was geweest.

Er waren op Prinsjesdag alleen geen rijtuigen en ruitercalvacades. Men reed met sombere limousines naar het Binnenhof. Om daar naar een ellenlange troonrede te luisteren die ook vóór de oorlog had kunnen worden afgedraaid. Toch hadden alle aangezochte ministers eerbiedig gezegd tegen Majesteit dat ze vernieuwd waren. En dat waren ze in zoverre dat een van de bewindspersonen had erkend dat hij homofiel was. Nu, als dat niet vernieuwd was, wat was het dan wel? Zo zal het ook in ver na aanstaande november gaan, als de aangezochte ministers bij de formatie mogen vertellen dat ze nieuwe politiek zullen bedrijven. Dat zullen ze allemaal prima kunnen aangeven. Ze oefenen al. Er komt een nieuwe stikstofcrisis die op nieuwe wijze aangepakt gaat worden. En verder zal misschien iemand aantonen dat hij eigenlijk transgender is, want zo iemand hadden we nog niet in vaak K, waar de regering zit.