De Boer- en Burgerbeweging, BBB, die zich uiteraard ook wil positioneren en profileren voor het door Brussel ontwikkelde en nader uit te voeren nitraatbeleid heeft dus waarachtig een eigen BBB-lijsttrekker voor die BBB bij de aanstaande Europese Verkiezingen voor een Europees Parlement. Hij heeft Sander Smit. En hij stelt dat de achtereenvolgende Nederlandse kabinetten Brussel steeds voorzien hebben van verkeerde gegevens wanneer het ging om de doorontwikkeling van het huidige meststoffenbeleid in Nederland. Gegevens, waarbij géén enkele rekening is gehouden met het volstrekt unieke ondergrondse waterstaatssysteem dat de Nederlandse grondwaterstand beheerst. Omdat dat systeem een getijdensysteem van eb en vloed kent, afgeleide van de zeewatergetijden die die Gezellige Moerasdelta kent als gigantisch Estuarium van Schelde, Maas en Rijn. Rivieren die hunnerzijds ook weer tegengesteld getijdegevoelig zijn. Maar nu afhankelijk van de smeltsnelheden van de gletsjers, de besneeuwde bergkammen, de regenconcentratie kolommen in de bovenluchten en het afwateringsbeleid van de die delta omringende staten. Die buitenlandse waterstaatshuishoudkunde heeft een onherleidbare invloeiings- en inspoelingsinvloed op de Nederlandse grondwaterstand die altijd bij begripsbepaling verschilt van de Nederlandse.
Dat weten we al lang, sedert Nederland genoodzaakt is waterstaatshuishoudingsverdragen te sluiten met België, de opstandige zuidelijke provinciën van het Koninkrijk der Vereenigde Nederlanden Zaliger Nagedachtenis van 1831. Sedertdien was bijna nimmer overeenstemming te krijgen over wederzijdse doelen met de binnenlandse waterstaatshuishouding betreffende beken en rivieren zoals Dommel, Aa, Tongelreep, Gender, Demer, Jeker en Voorste Stroom. Om maar eens wat te noemen. Een geïntegreerd beleid dienaangaande is nog steeds maar moeizaam te borgen. Wat betreft de weteringen, grachten, graven en sprangen die met dergelijke binnenwateren communiceren geldt precies hetzelfde. Met Duitsland heeft Nederland dezelfde problemen. Zeker wat betreft de grondwaterstandsverhoudingen. De bodemstructuur van steeds maar inklinkend en dus verzakkend veen-Nederland dat ook nog eens tot aan 1966 consequent ontgrint, ontgrond en verkwelderd is zonder rekening te houden met die getijdengang ondergronds, is nooit door welke Nederlandse Landbouwminister ook aan de orde gesteld in de Europese Raad. Als apart agendapunt bij het internationale nitraatbeleid. Dat dateert van 1983 en waarbij Nederland steeds maar hijgerig achterop liep en Brussel trachtte aan te wenden als rechtvaardigingsgrond voor een wettelijk systeem dat beoogde te komen tot een koude sanering van de hele landbouwsector. Opdat de agrarische percelen ingezet konden worden voor een nationale herverkaveling ten behoeve van types als Frans van Drimmelen. De macher van D66 die ook Kaag aanstuurde en vele andere progressief liberale rugnummers waaraan de Amsterdamse Zuidas veel leek te hebben. Sander Smit wil er als Europarlementariër op gaan wijzen dat Nederlandse ministers steeds verkeerde, forfaitaire data hebben verstrekt bij de nitraatdiscussies te Brussel die voor de agrarische sector per definitie uiterst nadelig moesten uitpakken. Zodat ook de derogaties op dat beleid ten behoeve van de agrariërs moesten berusten op verkeerde, voor de boeren nadelige – forfaitaire normen. Bedrog dus, een samenweefsel van verdichtsels en desinformatie. Smit is dus zelf eigenlijk een autonoom aan het worden. Maar dat heeft hij nog niet in de gaten. De NPO-verslaggeven die hem ondervroeg had dat wel in het snotje. En die behandelde Smit dus dienovereenkomstig. Laatdunkend, hautain en steeds onderbrekend. Wat je met wappies ook moet doen, in het algemeen. Natuurlijk.