De Kempen zijn totaal verlaten, Campina desolata, lezen we in de diocesane delineatie-akten van 1559 waarbij de geografische gesteldheid en welvarendheid wordt opgegeven van het rechtsgebied dat eerlang zal worden toegewezen aan de nieuw te benoemen kerkvorst, de bisschop van Den Bosch. Het immense rechtsgebied van de prins-bisschop van Luik wordt opgesplitst in meerdere bisdommen. Den Bosch is er één van. De Habsburgse dynastie die inmiddels de territoriale soevereiniteitsaanspraken van de Habsburgers door huwelijkspolitiek sedert 1477 heeft geabsorbeerd wil deze opsplitsing. In 1477 immers trouwt Maximiliaan van Oostenrijk met Maria van Bourgondië die de erflanden van haar vader, Karel de Stoute, heeft verworven. Zij is een meisje. Ze is dus wel rechtmatig soevereine, maar de wereldlijke rechtsmachtuitoefening die bij die waardigheid hoort, mag ze als handelingsonbekwaam en beschikkingsonbevoegd haar leven lang niet uitoefenen. Ze is hertogin van Brabant. Mede, want ze verenigt veel titels, waardoor ze vorstin der Nederlanden is.
Ze is daarom ook heerseresse van Kempenland. Dus van Strijp. In 1477 heeft ze op smeekbede van de prins-bisschop van Luik afstand gedaan van de rechtsmacht op het bisdom Luik. Maar de Luikse kerkvorst is niet meer in staat effectieve controle uit te oefenen over de uitgestrekte landerijen links van het Maasdal. En dát is voorwaarde voor de inningsbevoegdheid van de tienden, die de kerkvorst toekomen krachtens de uitvoeringsarrangementen bij het Verdrag van Meerssen. Hij mag belasting heffen, maar dan moet hij de garanten van het Maasdal en zijn neutraliteitstatuut borgen dat hij de publieke rechtsorde in de binnenlanden daadkrachtig afdwingt. Dat kan hij niet. Daarom vallen die heffingsbevoegdheden toe aan de man, die met Maria van Bourgondië zal trouwen. Dat zal op 19 augustus de achttienjarige kroonprins Maximiliaan I van Oostenrijk blijken te zijn. En die slaat op 7 augustus de troepen van de Franse koning Lodewijk IX finaal Brabant en Limburg uit. Hij biedt zijn gade deze overwinning als bruidsschat aan. Maximiliaan wil de Brabantse welvaart van vóór 1468 herstellen.
Hij treft daarvoor infrastructurele maatregelen zoals de aanleg van grintpaden, bruggen, watergangen en het verrichten van kanalisaties. Dat zou succesvol kunnen zijn, ware het niet dat Gelre komt destabiliseren. Zie hiervoren. Van Rossum komt steeds platbranden. Totdat Gelre voor de Habsbugers moet capituleren, integraal, bij de Vrede van Venlo van 1543. Dan is inmiddels Maximiliaans kleinzoon Karel V ook keizer van het Heilig Roomse Rijk der Duitse Natie. En Karel kent Brabant. Hij weet dat het economisch potentie heeft. Hij weet ook dat adel en geestelijkheid geen cent belasting betalen aan zijn regeringsapparaat, dat de waterstaat, beurtvaartverbindingen, het lager onderwijs en de defensie nu eens centralistisch moet regelen. Karel wil nu een nieuwe bestuursrechtelijke indeling van Brabant. Nieuwe bisdommen, waarbij de bisschop namens de Roomse keizer belastingen vaststelt, heft en int. Hij moet ze dan overdragen aan de regering, die nog in Mechelen zit, maar straks in Brussel. Karel wil een eerlijker systeem. Hij wil niet dat Henk en Ingrid het grootste deel van de belastingen moet opbrengen via accijnzen op de eerste volksbehoeften zoals bier, roggebrood, zuivel en slachtafval zoals reuzel, varkensoren, koeienuier etc.
Karel wil dat verdomme adel en geestelijkheid progressieve inkomsten- vermogens- en onroerend goedbelastingen gaan betalen. Hij wil dus hun fiscale immuniteiten afschaffen. Dat betekent: aanzienlijke koopkrachtverbetering voor Henk en Ingrid, óók in Strijp. Hij heeft daarvoor een uitgebalanceerd systeem laten ontwikkelen door zijn belastingdienst, die hij opzettelijk verplaatst naar Brussel. Want hij wéét dat de landelijke adel, de graven die ooit zijn aangesteld door de prins-bisschop van Luik, nooit en nooit zomaar die immuniteiten zal opgeven. Onder hen een raddraaier als de graaf van Horne. Maar ook een schavuit die zich graaf van Nassau noemt. Zij kunnen legertjes mobiliseren. Daarvoor waren ze aangesteld. Ze kunnen daarmee regionale onlusten verwekken. Als ze Henk en Ingrid wijsmaken dat de belastingdruk ook te hunnen laste immens zal toenemen: weet dat spreekwoordelijke tweetal veel? Ze kunnen niet lezen of schrijven.
Dus denkt Karel dat hij dat allemaal zorgvuldig, dus gefaseerd moet aanpakken. Via de geestelijkheid. Als hij nieuwe bisdommen schept, komen er nieuwe ambtelijke diensten. Fijne banen. Met loopbaanperspectief. Voor de geestelijkheid. Die de Brabanders kennen en die ook vertrouwd zijn als pastoor of kapelaan. In hun aloude parochies. Aan hen de taak om de nieuwe belastingen te introduceren, Henk en Ingrid vóórrekenend, dat ze er aanzienlijk op vooruitgaan. Dat zou zijn gelukt. Als de adel het niet tijdig in de smiezen had gehad. Die stookt de plattelandsbevolking op. Voorgevend dat de heffingen de inleiding zullen zijn voor een centraal geleide terreur. Een politiestaat, ten dienste van de Keizer. Framing is van alle tijden. De adel weet van wanten. Vooral de graaf van Nassau. Zijn afdeling propaganda mag er wezen. Er komen godsdienstoorlogen. Met verbrande aarde-tactieken. En Strijp zal het weten.