Chris bleek, nadat hij zich op het dak had doen kennen als een zorgvuldig en welberaamd uitvoerder en aannemer in de aanleg van een daktuin, een sproei-installatie en het aard- en nagelvast oprichten op de zinken daklaag van schuttingen die de enorme stormvlagen kunnen trotseren die onze kusten kunnen teisteren, ook nog van andere markten thuis. Chris kende in de binnenstad bijna alle handige jongens die bereid waren van wanten te weten als de klant geen kapsones bleek te hebben.
En na een zekere proefperiode bleek ik die proef wel te kunnen doorstaan, zij het uiteindelijk niet op alle onderdelen met lof. Uiteindelijk legde Chris zelfs opnieuw glas-in-loodramen aan in de vensterpartijen-straatzijde Breitnerlaan met de juiste bijbehorende kleurstellingen. Maar hij besteedde nu ook wel tijd eraan om mij de wijdere omgeving te laten zien, waaronder de immense drie Maasvlakten te Rozenburg en de merkwaardige vissersstadjes Pernis, Geervliet en Heenvliet die tussen de parken naftakrakers van Shell toch nog een pittoresk bestaan bleken te kunnen leiden rondom de drabbige havenkommen met kademuren, bolders, steigers uitgevend op een soort eendenkommen met kroos, naar gelang de getijdenstromen zo nu en dan toch nog vollopend met enig zeewater dat via weteringen werd aangevoerd vanachter de Deltawerken.
Chris fotografeerde het allemaal kundig, want die vaardigheden was hij ook nog meester. We besloten dus dat hij ook kon fungeren als leider en expert wanneer ik bepaalde buitenlandse delegaties moest ontvangen aan het pand Lange Voorhout 7 waar een wetenschappelijk bureau kwam te huizen ten behoeve van het Openbaar Ministerie van het Koninkrijk der Nederlanden, die kennis kwamen maken met Den Haag, The Legal Capital of the World. Een wat megalomane aanduiding van deze goede dorpse stad achter de duinen, maar die heb ik dan ook niet zelfverzonnen.
Het geldt hier een slogan die de toenmalige secretaris-generaal Boutros Boutros Ghali had aangeheven ter gelegenheid van het vijftig jarig bestaan van de Verenigde Naties als Charterorganisatie ter borging van vrede, recht en humaniteit. Wat precies de bedoeling van deze zinsspreuk was wist geen hond, maar wél dat allerlei Charterpartijen Den Haag inschakelen wilden om deze borgen enige feitelijke grondslag te geven. Dat wisten ze bij Buitenlandse Zaken óók best. En eveneens dat die grondslag in geen velden of wegen te bekennen was.
Dat departement verwees, als er weer eens een delegatie uit een rampgebied langs kwam om Haagse hulp te eisen, naar Justitie. Dat wist evenmin van zijn gezond. Maar wel dat het Openbaar Ministerie in veel gevallen moest fungeren als centrale rechtshulpautoriteit bij de invulling van de verplichtingen van Nederland als gastland bij internationale gerechten, tribunalen, scheidsgerichten en conciliatiecommissies.
Het schoof deze delegaties door naar het College van Procureurs-Generaal. En dat zond deze diplomaten naar het wetenschappelijk bureau aan het Lange Voorhout om van dat soort visitaties toch nog iets te maken, want ik zat daar óók als een bevreemdende vooruitgeschoven post. In mijn eentje. Omdat ik de zetelarrangementen had moeten redigeren voor dat soort tribunalen sedert 1993. Niemand wilde daar verder iets vanaf weten, maar er wás budget. Dus kon ik mijn eigen realiteit te dezen scheppen, waarbij Chris ongedachte diensten bewees.
We besloten dus dat hij een soort spreekstalmeester werd, gekleed in het jacquet dat ik nog had van mijn onlangs gestorven verwekker, dat hij ter gelegenheid van zijn trouwdag had gekocht. Chris organiseerde dus allerlei excursies rondom deze juridische hoofdstad, waarbij ik hem steeds presenteerde als een very high ranking officer of the central authority for development, coöperation and law enforcement. Dat kon, want Chris bleek ook nog Oxford English te frequenteren. Als de diplomatieke visite maar niet bestond uit native speaking experts vloeide daar ook gans geen bloed uit. Het jaquet paste mij naadloos en Chris evenzeer na enige lijnen. De hoge hoed niet. Die paste alleen op mijn schedelpan. Ook al lijnde Chris.