Echt zomeren, daar is geen sprake van. Even is de temperatuur bestendig boven de vijfentwintig graden. Maar langer dan twee of drie dagen duurt dat niet. En dan is het hier in de kuststreek weer koeler, met toch ook veel zeevlam. Een zeevlam, ook wel zeemist genoemd, komt voor wanneer warme en vochtige lucht over een koud oppervlak trekt. De zee is zo’n oppervlak. Dat zorgt ervoor dat de lucht afkoelt en de waterdamp in de lucht condenseert. Zo kan een zonnige stranddag opeens veranderen in een mistig spektakel. Boven het warme land verdwijnt de mistbank vaak snel weer.
Normaal gesproken koelt de lucht tijdens een zeevlam flink af. Daarvan trekken de meeste strandgangers zich daar zaterdag niets van aan. De meesten blijven rustig op het strand zitten. Dat de zeevlam weinig strandgangers afschrikt, blijkt ook uit het feit dat de parkeerplaatsen op Scheveningen bomvol zitten. De gemeente heeft tekstkarren langs de wegen gezet om automobilisten daarvoor te waarschuwen.
Zelf zie ik de zeevlam als een mistbank aan komen rollen, wentelend bijna, vanaf de bult in de Van Alkemadelaan ter hoogte van de strafgevangenis. Ik sta dan in mijn erker aan de Breitnerlaan en zie de nevelingen naderen, doorstraald door de mysterieuze lichten van de auto’s daarachter die allemaal vertragen omdat de bestuurders even letterlijk de weg kwijtraken.
De zeemeeuwen boven op de schoorstenen van mijn huis gaan anders gokkeren en bijna claxonneren om hun broedplaatsen op de Octrooiraad te waarschuwen. De temperatuur daalt nu ineens met twee graden als de bank mijn Laan passeert. De overkant blijft zichtbaar, zeker, maar schemering lijkt te wijzen op het Einde der Tijden. Even. Het lijkt herfst te worden. Misverstand. Want straks breekt de zon weer stralend door. Het weer blijft luw maar raadselachtig.