Pirennes thesen

Als Putin ter gelegenheid van het Ukraïne-conflict dat op dit eigenste moment gaande is Het Westen flink wil destabiliseren probeert hij het ICT-communicatieverkeer dat intense omvang heeft verkregen tussen de mogendheden, de staten en hun verdragsorganisaties, de bancaire instellingen en de dienstverlenende sectoren vindingrijk te hacken. De Russische Federatie is er erg goed in. De westelijke overheden weten er geen raad mee. Zij kiezen daarom voor hun gebruikelijke strategie: arrogant verzekeren zij hun onderdanen, ingezetenen en verblijfhoudenden dat ze alles volkomen onder contrôle hebben. Soms lukt dat niet. Dan moeten ze erkennen dat Putin het betalingsverkeer tijdelijk heeft weten te interfereren of communicatiekanalen heeft kunnen volpompen met nep-informaties. Ze haasten zich te verzekeren dat dat maar héél even was, dat ze daadkrachtig en adequaat ingrepen en al spoedig deze euvelen volkomen konden uitschakelen met een backing up B-program dat ze natuurlijk hadden klaar liggen. Het komt niet meer voor, daar staan ze voor in. En verder is er ook totaal niets misgegaan. U en ik weten beter. Tenminste, van u hoop ik dat.

Zo was het nu ook in deze oer-middeleeuwen waarin we Stripe trachten te placeren. Want wat was het geval? De Islam begon geweldig  westwaarts te dringen van twee kanten. Vanuit de westelijke punt van Noord-Afrika, waar we nu Ceuta plaatsen. Daar drongen de Arabieren, overtuigd van hun verbond met hun Allah, op over de veerroute over de Straat van Gibraltar noordwaarts Spanje in. Ze landden dagelijks met regimenten bij Algeciras en drongen daar de Europese vorsten noordwaarts terug, ze verpletterend in de ene slag na de andere, want hun militaire tactieken waren superieur. Dat deden deze Arabieren ook vanuit het oosten. Via de Kaukasus in de richting van Walacheije en Bessarabië. Ze verpletterden de vorsten dáár op gelijke wijze.

De Romeinse keizer te Byzantium zocht steun bij zijn oosterse Patriarchen, maar, verdeeld als die onderling waren, schoot hij daar niet veel mee op. Doch het ging de Arabieren niet snel genoeg. Ze wilden de achterliggende communicatiekanalen van de westelijke mogendheden die wellicht een defensieve alliantie beraamden uit de lucht hebben. Deze mogendheden – nog steeds geen staten – hadden koeriers- en kondschapdiensten waarmee ze boodschappen snel en doelmatig konden adresseren en bezorgen. Op papyrus. Dat kladden deze westelijke beambten vol met merkwaardige tekens. Die betekenisvol waren mits op de juiste wijze luidop nagepreveld door de ontvangende beambte ten overstaan van de vorst die het aanging. Dat waren letters in de taal der Latijnen die destijds oppermachtig waren. Deze letters heetten dan ook  Latinae Francae. Open latijnse letters. Dat Latijn, dat was een uiterst genuanceerde en complexe taal. Daarin kon je ingewikkelde boodschappen uiterst punctueel verwoorden en duidelijk overbrengen, magie was dat. Dat stelsel moesten de Arabieren maar eens hacken. Dat kon simpel door de aanvoer van papyrus via Algericas volledig te verlammen: de Straat van Gibraltar hadden ze immers volledig in hun macht?

Geen papyrus, geen papier, geen letters, geen boodschappen dan alleen via een bode die  alles uit het hoofd moest leren. Dan zakte het westelijk communicatiesysteem ineen. Dan was een gezamenlijke militaire strategie voor de westerlingen onmogelijk. Daar konden dan de Arabieren hun voordeel mee doen. Dat is de werkhypothese van Pirenne, de grote Belgische historicus uit het begin van de twintigste eeuw,  voor de verklaring van het snelle ineenzakken van het westelijk Romeinse ambtelijk apparaat. Geen staatsadministratie meer, maar een tribaal georganiseerd beheersapparaat van renbodes. Dan konden ook de westelijke transoceanische zeeroutes afgesneden worden door gebrek aan cartografie. De Arabieren zetten deze tactiek tersluiks en sluitend op. En ze was succesvol binnen een aantal jaren.

Geen papier, geen boodschappen om te lezen, dus geen leesvaardigheid meer en anafalbetisme. Grondig, ook in de Wons-celle en bij de stripe. Daar in dat rare noordelijke landje vol watergangen, overstromingen en eindeloze striemende regens. Vandaar dat wij zo weinig op papier hebben over de stripe met contemporain gestelde gegevens uit die tijd. En vandaar dat de heersers krampachtig gingen aansluiten bij de Romeinse relicten van soeverein gezag. Zoals de striper steen van Nehalennia. Nabij de bergen van de voorouderlijke  spookgestalten van de stripers, hun engelen. De Engelsbergen. Men zwoer zeker de Romeinse beschaving niet af in deze streken. Integendeel. Men trachtte er bangelijk tegen aan te blijven kruipen. Op zoek naar de veiligheid van vroeger. Het Christendom, de nieuwe staatsideologie, trachtte dat Romeinse verleden volledig te absorberen. Door synchretisme. Goocheme inkapseling van de Romeinse goden, symbolen en hiërarchie. De Striper Nehalennia zou een Maria, Moeder Gods worden. Met kleine verkloppingen met beitel en houten hamer lukte dat best. Zandsteen was makkelijk te bewerken. Nehalennia, Moeder Gods zou een trekpleister worden op de Stripe.