Pogingen tot omkoping van NN-parlementariërs?

Het bleek de fracties van GroenLinks/PVDA en hun satellieten, de gezamenlijke wederpartijders van een hypothetische oppositie van een eveneens hypothetisch kabinet-Wilders er wel degelijk om te doen eens te sonderen of er geen echte strafrechtelijke beschuldiging te formuleren was tegen het PVV-Blok als zodanig. Was het niet binnen dat Blok dat Russische gelden waren aangenomen? Eens, ooit.

Kon de demissionaire minister van Binnenlandse Zaken daar nu geen klaarheid in brengen, aldus Klaver en Paternotte hunkerend. Het was dus vaag, aftastend en in zoverre bloedeloos. Maar duidelijk erop gericht binnen dat Blok de afgevaardigden onderling uit te spelen. Maar de minister Hugo de Jonge kon geen handreiking doen. Hij wou wel. Maar hij kon niet. Het nationaal belang, hé? Het blijkt dus dat het Remkescenario inderdaad geactiveerd is. Zie hierboven. https://gerardstrijards.nl/remkes-scenario/

Als er geduchte tweespalt komt te bestaan tussen enerzijds PVV en anderzijds de andere beoogde coalitiegenoten van een programkabinet, gesteund door de PVV, terwijl de PVV erkennen moet dat er gelden zijn getoucheerd van troebele Slavische herkomst, komt er geen enkele schot in de (in)formatie. En dan kan het nog wel even zijn, dat men gaat omzien naar een formatie van een kabinet-Timmermans, maar dat voornemen zal niet in staat van uitvoering gebracht kunnen worden zolang de verdenkingen tegen de PVV niet geklaard zijn. We kijken dus naar het zoveelste hortende Haagse spelletje. Het valt erg op. En tegen.

Omdat het zo opvalt. Het woord ‘ongemakkelijk’ viel dinsdagavond dan ook vaak tijdens het Kamerdebat over de berichten uit Tsjechië dat Rusland cash geld betaalde aan Europese politici. Ook uit Nederland. Alle aanwezige partijen bij het debat zijn het erover eens dat pogingen tot omkoping de democratie ondermijnen. Met mensen die daaraan deelnamen – hoe dan ook – valt uiteraard niet democratisch te regeren. Maar de Kamer, zo heet het nu officieel, staat verder machteloos om uit te laten zoeken om wie of wat het gaat.

De Tsjechische autoriteiten noemden immers desbewust geen namen, die met initieel bewijs verschenen in mediaberichten.  Zij weigerden na vragen van het Nederlandse kabinet verdere tekst en uitleg te geven. Dus blijft het bij speculeren. Gissingen. Getrapte vermoedens.  “Ongemakkelijk”, zei SP-leider Jimmy Dijk daarom. Ook omdat FVD-voorman Thierry Baudet afwezig was in de plenaire vergaderzaal. Hij had zich eerder op de dag afgemeld voor het debat, omdat hij de suggesties dat hij of zijn partijgenoten omgekocht zouden zijn, beu was.

Er zijn wat dat betreft wel aanwijzingen, maar geen harde bewijzen. Dijk: “Degene die nu niet bij het debat aanwezig is, speelt mogelijk een rol. Dat is ongemakkelijk om te zeggen, want dan speculeer je.” Alsof de Kamer niet doorlopend opvallend speculeert. Het is een gewoonte daar. Een vervelende. Dat wel. AIVD kan zelf informatie naar buiten brengen. Demissionair minister van Binnenlandse Zaken Hugo de Jonge, die ook over inlichtingendienst AIVD gaat, liet maandag al weten dat hij geen namen kan noemen die in de media circuleren, omdat hij die niet heeft gekregen.

“Het debat moet zo open mogelijk worden gevoerd”, zei De Jonge. Echter, voegde hij daaraan toe: “Het werk van de inlichtingen- en veiligheidsdienst verhoudt zich heel slecht met openbaarheid.” Een waarheid als een koe. Maar er is, als je echt de zaak serieus zou nemen, wel degelijk een beschuldiging te formuleren tegen NN-verdachten, als dat werkelijk het oogmerk zou zijn. Dat is al eerder in de parlementaire geschiedenis aan de orde gekomen. Maar daar gaat het niet om.

Het gaat erom om de lopende formatie te frustreren. En dat gaat lukken. Er is geen werkelijk oogmerk om het spelletje uit te spelen tot en met een verwijzing van NN-Kamerleden naar de Hoge Raad. Met die tegenstrijdigheid moest de Kamer het doen. Er komt alleen informatie naar buiten als de AIVD daar ambtshalve aanleiding voor ziet. De veiligheidsdienst kan dan een melding doen aan bijvoorbeeld een partijvoorzitter over de desbetreffende persoon. Diegene kan dan vervolgens uit de partij worden gezet.

Dat zal bij de PVV niet gaan. Want die heeft geen partijorganisatie en geen ledenbestand. Als een Kamerlid of bewindspersoon wordt verdacht van ambtsdelict, treedt een ander, zeer uitzonderlijk proces in werking. Er volgt dan een uitgebreid traject dat in eerste instantie door de Kamer zelf wordt uitgevoerd. Volt is daar voorstander van, maar kreeg hier in de Kamer niet voldoende steun voor. De Kamer kijkt wel uit. Want wat, als zelfs geen redelijk aanvangvermoeden is te onderbouwen? En als dat erkend moet worden? De voorstellers van de conceptbeschuldiging maken zich dan tot paria.