Na zijn introductie van de regering op 3 juli jongstleden somde Schoof aan aantal plannen uit het hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB op. Schoof gaf aan dat de beloofde immigratiestop kernpunt is uit de regeringsverklaring. Nu het augustus is zal het kabinet een plan moeten uitwaaieren hoe het dat punt in Nederland wil verwezenlijken. Nederland heeft immers grote aantrekkingskracht voor vreemdelingen die toelating verzoeken, waarbij veelal het bed-brood-bijstand-opvangtraject een aanzuigende werking wordt toegedacht. Voor het eerst noemt een regeringsleider de druk op het collectief zekerheidsstelsel dat na 1960 in Nederland heeft opgebouwd uitdrukkelijk bij de planning van de regeringsdaden. Dat stelsel wordt door de eindeloze toelatingen onbetaalbaar.
“Op 22 november gaven de inwoners een glasheldere opdracht aan de landelijke politiek. Ze zeiden: ‘Luister naar ons. Luister naar onze zorgen over asiel en migratie, over het grote tekort aan huizen, over de prijzen van boodschappen, energie en huur. Luister en doe er wat aan.’ Die opdracht nemen we uitermate serieus.” De grootste van die zorgen is asiel en migratie. Dat is hoe je het ook wendt of keert het springende punt”, aldus Schoof. Hij vindt dat het kabinet deze zorgen serieus moet nemen, omdat de druk door asiel en migratie hoog is. “We moeten de realiteit erkennen en zorgen dat we draagvlak behouden voor de opvang van echte vluchtelingen.”
Het aantal mensen dat van buiten naar Nederland komt, of dat nu studenten, werknemers of asielzoekers zijn, is te groot, zei Schoof. “Dat legt een te grote druk op ons land. Niet alleen voor de beschikbaarheid en betaalbaarheid van onze voorzieningen, maar ook op onze sociale samenhang in wijken, dorpen en steden.” De zorgen zijn daarover zijn “reëel”, vindt Schoof. Dat verklaart volgens hem ook de verkiezingsuitslag in november 2023, waarbij de PVV afgetekend de grootste partij werd. Minder asielzoekers en migranten was daarbij de allergrootste belofte van PVV-leider Geert Wilders. Daarom zal “elke oplossing en aanpak” beginnen met het erkennen van die zorgen en die realiteit, beloofde Schoof. Want: “Je zult maar in Ter Apel of Budel wonen. Of als student met geen mogelijkheid aan een kamer komen. Of omringd worden door panden waar arbeidsmigranten onder erbarmelijke omstandigheden worden gehuisvest.”
Tot slot zou een streng immigratiebeleid ook zorgen voor draagvlak voor echte vluchtelingen, denkt de premier. “Wij horen u en doen er wat aan.” Schoof benadrukt dat er voor het eerst in vijftig jaar een kabinet in Vak K zit, waar geen politieke leiders in zitten. Zij hebben afgesproken om in de Kamer te blijven. Schoof geeft aan dat het “spannend” is om aan de slag te gaan met het hoofdlijnenakkoord. Maar dat hij er ook “echt naar uitziet om te beginnen. We hebben er gewoon zin in”, zegt hij. Schoof gaat ook in op de zorgen die bij sommigen leven over de samenwerking met de PVV. “Ik wil duidelijk zijn. Dit kabinet staat voor de rechtsstaat. Als kabinet onderschrijven we de afspraken die de vier formerende partijen al in een vroeg stadium hebben gemaakt. Alles wat ik daar nu meer over zou zeggen doet afbreuk aan de volstrekte duidelijkheid die ik vandaag wil bieden.” Het ging de laatste weken veel over uitspraken die PVV-bewindspersonen in het verleden hebben gedaan. Schoof reageert daar nu kort op. Thorbecke wilde in 1849 geen regeringsprogramma aan de volksvertegenwoordiging overleggen. Hij ried de Kamer te wachten op de daden van het kabinet. Iets daarvan resoneerde bij Schoof. Hij zei: “Ik vraag vandaag simpelweg aan u en aan de inwoners van Nederland: ‘Beoordeel ons op wat we gaan doen. Op onze daden’.”