Uitvoering terugleidingen

Het is altijd goed je te realiseren welke perikelen een voorgestelde beleidsombuiging kan teweegbrengen voor de rijksoverheid. De veilige derdelanders, zo heeft de staatssecretaris van Justitie met de portefeuille immigratie-aangelegenheden gesteld, moeten uit Nederland vertrekken, aangezien ze eigenlijk ten principale nooit voor een bestendige verblijfstatus van een langere duur dan drie maanden in aanmerking kwamen. De bewindspersoon leidt aldus een ombuiging in die het opvangtraject ontlast en reeds daarom is het toe te juichen dat hij dit doet althans probeert.

Ook en juist ten aanzien van de groep illegalen die nooit toelating vroeg, reeds om de aandacht van de overheid niet op zich te vestigen. Daar waren gegronde redenen voor dat deze groep onder de horizont van het maaiveld trachtte te blijven. De Ukraïne heeft al sedert Die Wende van 1989 niet veel aandacht besteed aan de buitengrenscontroles aan de oostgrenzen noch aan die bij de demarcatielijnen op De Balkan. De haven van Odessa was centraal transitpunt voor de doorvoer van illegale arbeidskrachten naar Het Westen en naar de Ukraïne zelf.

Dat is die haven altijd geweest sedert het akkoord van Potsdam in 1945 zelfs met gedogen van Stalin. Illegale arbeidskrachten die onbeperkt uitzetbaar zijn, zijn nu eenmaal goedkoop en multiple inzetbaar, om het maar eens heel zachtjes uit te drukken. Bovendien zat dat Westen met gigantische aantallen krijgsgevangenen uit het Sovjetleger die daar, in dat Westen, gedetineerd waren door de Duitsers en zich het lazarus werkten voor hun oorlogsindustrie en de daarbij behorende toeleveranciers. In Nederland zaten ze ook bij grote getale.

Nederland wilde ze hoe dan ook kwijt, want zijn voedselpositie was precair en huisvesting was alleen bestemd voor Nederlanders was het parool. Het schoof via Antwerpen enorme getallen van deze krijgsgevangenen af, ook al waren daar Hongaren, Italianen, Roemen, Bulgaren, Belarussen, Georgiërs en Ukraïners bij en ook al wist de regering-Schermerhorn heel goed dat deze lieden een zekere verstervingsdood tegemoet voeren via de Bosporus. Het gold hier soldaten of miliciens die tegen Het Westen hadden gevochten, dus vort ermee.

Deze afvoerfunctie impliceert handel voor de havenautoriteiten te Odessa en hun afnemers, vragen werden niet echt gesteld. En zo bleef de situatie. Ook na de voltooiing der destalinisatie. Prostituees, kinderen, vrouwen werden zo ook westwaarts verhandeld, ze konden in dat Westen het bestaan wellicht hervatten op humanitair minimumniveau. Nederland werkte bij hun terugkeer ook weer mee, want kwijt was tenslotte kwijt. Zie: https://gerardstrijards.nl/de-verboden-stad/

De bevolking in het oostelijk en westelijk oksel van de Zwarte Zee was zo permanent op drift. Daaraan kwam echt geen einde na de afscheiding van de Ukraine uit het Russisch Blok. Het kwam vaak de economie ten goede. Naar asielrelazen werd uiteindelijk nooit geluisterd. Illegaal waren de bij de grensbewakingsautoriteiten gepresenteerde ontheemden bijna altijd. Geen staat was aansprakelijk voor terugname. Ukraïne bleef gedestabiliseerd tot 2014, het kreeg de kans niet om een bestendige rechtsorganisatie op te bouwen.

Daar gaf Het Westen deze staat ook geen lucht voor: Brussel ging na 1990 druk uitoefenen op Kyiv (Kiev) om zich te beraden over een mogelijk toetredingstraject naar de Europese Unie met alle lasten van dien. De Majdanrevolte van november 2013 was er een resultante van. Ze barstte in geweldplegingen los op 18 februari 2014, mede door toedoen van Westerse politici, die wisten dat ze hun roerijzers ook deden wentelen door de vele etnische minderheden die deze beprangde staat sinds mensenheugenis beroerden.

Het deerde hen niet, als die associatieovereenkomst er nu maar kwam, ook niet, dat daarvoor wellicht een staatsgreep nodig zou zijn. Waarom zouden ze? Het Westen had gewonnen. Het einde van de geschiedenis was nakend. Guy Verhofstad kon er niet genoeg op tamboereren en Hans van Baalen evenmin. Er zaten niet alleen veel etnische Russen in deze staat, maar ook de enorme aantallen die Het Westen en Turkije steeds maar sedert 1950 waren blijven schuiven naar het oosten, kan verder niet verdommen waarheen en onder welke condities.