Chris VIII

De uitvaart was een summiere aangelegenheid. Maar wel met bijzonder veel volk. Met deftige loden jassen, jagershoedjes op de hoofden en met krachtige articulaties in de discussies terwijl men oprukte achter de spaanhouten kist die op wieltjes werd voortbewogen door lijkbidders die onderling ook converseerden. Achterom bij het crematorium, dat ik destijds nog zo vaak in volle werking had gezien toen ik nog in Loosduinen woonde op de tiende verdieping van een flat aan de Lozerlaan.

Bij de grote composthoop waarop de bloemen en kransen ter rotting in de atmosfeer worden verzameld, mét de merkwaardige restproducten van vorige uitvaarten erbij, stopte kist en optocht. Men stond even verwezen zwijgend bijeen, totdat binnenpersoneel de kist vaardig binnentrok over rails. De in ferm rood mantelpak gestoken overgebleven partner draaide zich fluks om als een soort tambour-maître en deelde ons mede dat we naar het café gingen. Het café. Geen idee welk.

Dat was ook velen niet kenbaar gemaakt, maar de meeste loden jassen draaiden zich kort besloten om en haastten zich naar hun dure automobielen. Jan, Chris’ knecht wist ook niet van de hoed en de rand en bleef dralend op mij wachten. Maar ik wist ook niet waarheen en waarvoor. En de weg die we moeten gaan. Zoals Mieke Telkamp weleens zong. Voor dit soort aangelegenheden. De door Chris steeds geëmployeerde Jan had een enorme bos witte lelies laten schikken die hem een burgermans vermogen moet hebben gekost met het lint eraan met de gouden groeten aan de dierbare afgestorvene die we nimmer zullen vergeten.

Omdat Jan er ook geen raad mee wist en kennelijk de bos niet wilde meenemen gaf hij het struweel aan een bidder die een sigaretje stond weg te paffen. En die wierp het gevaarte gehinderd op de composthoop. Op een of andere manier strookte deze ultieme gestie op de grens van twee werelden ook bij het wat cynische basiskarakter van Chris. We sloften straatwaarts, mompelend dat dit alles zo niet had gemoeten en gehoeven. Aangezien dat met ons leven ook zo is, was het dus een waardige afsluiting, al had ik betekenisvolle tegenwind bij het weer affietsen van de eindeloze Laan van Meerdervoort die troostelozer was dan ooit.

Ze is aangelegd voor deze soort afgangen. Maar ze kent een apart breed beklinkerd fietspad en het berijden daarvan bij tegenheden is gezond voor ziel en lichaam.