Staatsimmuniteiten VIII

In het veelbesproken Srebrenica-arrest geeft de Hoge Raad, onze rechtseenheidrechter die krachtens de wet op de rechterlijke organisatie lagere rechters moet betrappen op vormverzuimen tegen procedureregels of verkeerde rechtsopvattingen omstandig weer hoe en in welke opzichten de staat der Nederlanden te kort is geschoten in de aanwending van zijn geweldsmonopolie. En te welker gelegenheden.

Daarbij speelde kennelijk geen rol dat de staat bij de uitoefening van dat monopolie moest inscharen in de buitengewoon ingewikkelde bevoegdheden-hiërarchie van de Verenigde Naties, optredend als collectieve veiligheidsorganisatie acterend naar supranationale normen van evenredigheid, onontkoombaarheid en strategische haalbaarheden, neergelegd in ROE’s, Rules of Enforcement, opgesteld door staven die niet tot het Nederlandse militaire apparaat hoorden.

Deze Rules gelden dan ook niet als Nederlandse wettelijke voorschriften of bevoegdheidstoedelingen krachtens enig Nederlands wetsbesluit. Het zijn machtigingen, waarbij heel veel op Ad Hoc-bases wordt voorbehouden aan de appreciaties van de troepencommandanten in acties verwikkeld. In dit voorliggend Srebrenica-geval waren vooral Franse meerderen aan zet, die weinig compassie hadden met de gevoeligheden van de Nederlandse politiek betreffende Islamitische minderheden en vooral geconcentreerd waren op tactische korte-termijn successen die de uitreiking van de onderscheiding van de commandeursrang op escadron-niveau in het Légion d’Honneur rechtvaardigen zou.

Toch was de civiele kamer van de Hoge Raad van mening dat zij zonder nader feitelijk onderzoek in precieze percentages kon vaststellen bij welke gelegenheden en ten aanzien van welke groepering Moslims, verdeeld naar sekse, activiteit en inzet, de staat het monopolie inadequaat had aangewend en deswege geen beroep mocht doen op enige immuniteit. De Raad verwees dus niet voor nader feitelijk onderzoek naar de lagere rechter. Hij deed het zaakje zelf wel af.

Hij bepaalde de schadecompensaties en de wijzen waarop ze verricht moesten worden ten bate van de dwaze moeders is het rampzalig gebied rondom Srebrenica. Baanbrekend was het stellig. En uniek beslist. Daar is de Nederlandse rechter ambtshalve dan ook veel aan gelegen. Heel veel. De belastingbetaler wil niets liever. Dat weet die rechter dan ook. Bijwege van zijn verheven bediening. By virtue of his office, zegt men in het Britse Hogerhuis. En dat doet op die basis heel wat af.