De uiterlijke verschijningsvorm van het tribunaal dat zich met de Balkan moest bezighouden werd bij uitstek bepaald door types als May en McDonald. Angelsaksische juristen bij uitstek. Die zich niet goed voor konden stellen dat er buiten het Angelsaksisch rechtmassief óók nog rechtsvinding zou kunnen bestaan en eigenlijk ook niet bereid om zulks ten principale te overwegen. Het onderzoek ter terechtzitting moest adversarial zijn: een tweepartij-stelsel, een wedstrijd tussen de advocaat voor de Aanklager en die voor de Verdediging. De tenlastelegging kon tijdens de zittingen bijgesteld worden en duchtig veranderd. Een gerechtelijk vooronderzoek binnen het kabinet van de rechter-commissaris was eigenlijk niet goed aanvaardbaar: de waarheidsvinding hoorde in het openbaar te geschieden in tegenwoordigheid van de vervolgde.
Die kon besluiten op de tenlastelegging géén verweer te voeren over de bewijsbaarheid en schuld te erkennen. Hij kon ook het tegenovergestelde beslissen. Dan zou hij het bewijs op ieder onderdeel in het openbaar kunnen aanvechten en vooral de onrechtmatigheid ervan bij de vergaring kunnen beredeneren. Tevoren zouden vervolgde en aanklager in een zitting kunnen opgeven aan de rechter welke proceshouding ze zouden aannemen. De zogeheten status-conferenties. Daarbij zouden ze kunnen onderhandelen over de schulderkenning, soms geheel, soms op onderdelen: de zogeheten plea bargaining. Een verdachte zou kunnen aanbieden het daderschap in bepaalde opzichten niet te betwisten, maar wel de schuldige geestesgesteldheid ten aanzien van gedraging en de gevolgen: hij zou kunnen aannemelijk maken dat hij die mens rea, die hoogstpersoonlijke verwijtbaarheid, niet had kunnen hebben wegens dwaling omtrent het recht of de feiten of hij zou kunnen aanvoeren dat die dwaling verschoonbaar was geweest of onoverwinnelijk.
Verstekverlening zou uitgesloten zijn. De vervolgde zou ter zitting steeds aanwezig moeten zijn. Of in de buurt daarvan, als hij tijdelijk wegens wangedrag verwijderd zou moeten worden door de rechter. Zouden daderschap en schuld vastgesteld kunnen worden in een bewijsredenering, dan zou daaromtrent alvast een tussenbeslissing gegeven kunnen worden. Vervolgens zou dan kunnen worden gestreden over strafbaarheid, strafwaardigheid en schuldbekwaamheid in verband met de strafoplegging en de tenuitvoerlegging daarvan. Zó was het in Neurenberg gegaan tijdens de zittingen van het militaire tribunaal tegen de nazi-top. Dat was overduidelijk een geweldige mijlpaal geweest in het internationale humanitaire recht. Die jurisprudentie moest nu uitgewerkt worden, genuanceerd, verfijnd. Zo zagen May en McDonald dat. Maar zo zagen de Slaven dat niet. De Serven kenden dat adversarial system niet en zagen er de voordelen ook niet van in, vooral niet, omdat het systeem de rechter alle mogelijkheden scheen te geven om hun orthodox-christelijke zienswijzen op de burgeroorlog tussen etnische stammen als volstrekt irrelevant opzij te schuiven.
McDonald had er niets mee te maken dat de Serven vonden dat zij waren opgetreden als de borgers van het orthodox-christelijk Europa. Tegen de agressieve moslims die niet bereid waren hun privileges die ze hadden verworven door de Ottomanen op te geven en het geroofde onroerend goed terug te geven aan de christelijke geloofsgemeenschappen die dat waren kwijt geraakt gedurende de voorbije eeuwen, tot aan 1914 toe. Het ICTY was geen kadastrale instelling waarbij via ruilverkaveling agrarische landbouwgebieden konden worden geherregistreerd. De rechters beoogden dat soort dadingen niet. Zij splitsten het oorlogstafereel van de afgelopen tien jaar op in individuele daderschappen, verwijtbaarheden, gedragspatronen en hiërarchieke posities. Ze begrepen er niets van, dat naties hadden gevochten om hun barre bestaan. Ze wilden niet.
Het ICTY was ook niet bedoeld om de delineaties van de Balkanstaten te erkennen die bereikt waren door de tweede Balkanoorlog in 1912. Noch had het ten doel de Zuidslavische staat van 1919 wederom te erkennen met Belgrado als hoofdstad. Evenmin was het ingericht om de Kroaten terug te dringen naar het westen nadat zij hadden moeten delen in de totale capitulatie van nazi-Duitsland op 4 mei 1945. Het ICTY was opgericht om de westelijke uitvalsposities te reconsolideren tegen de Slaven, tezamen gedrongen onder het banier van Sint Joris, en de geopolitieke invloedsfeer van Washington oostwaarts te verleggen. Den Haag was slechts de juridische hoofdstad van het westen. Het neoliberale westen. Dat nu zijn kans schoon zag om wederom Bosporus, Zee van Marmara en Darnanellen wederom te onderwerpen aan eeuwigdurende servituten gericht tegen de Russische vloot. Je zou het zien.